Zweden 23

Världsarvsleden deel 2

Bij mijn prive strandje

En de wandeling over de Världsarvsleden gaat verder. Met mijn ondertussen groen gespikkelde tent (stuifmeel van de bomen wat niet nat moet worden, dan wordt het wel een erg mooie groene drap), volg ik de gele stippen. De mieren zijn alweer druk bezig dit jaar. Je ziet de mierenhopen groeien en er worden enorme snelwegen aangelegd met druk verkeer. Grote en kleine rode mieren, enorme, grote en kleine zwarte mieren, het stormt maar door. Zelfs een grote rode die een kleine zwarte als een teddybeer met zich mee sjouwt.

Bij een meertje vindt ik eindelijk een plekje uit de wind. Heel luxe met kleedhokjes, telefoon opladers in kluisjes, wc’s en bankjes. Heerlijk zo ontbijten.

Er volgt een aardige berg met een iets minder aardige klim. De hut die van onderen al te zien was, is fantastisch. Een groot raam met een mooi uitzicht. Ik wilde het eigenlijk rustig aan doen en daar overnachten, maar de rukwinden zijn zo heftig dat het hutje schut, piept en kraakt. Zelfs de schoorsteen fluit af en toe. Geen plek om rustig te overnachten dus.

Uitzicht hut op de berg

Een rustige afdaling omlaag en een fijne wandeling langs het water. De bevers zijn hier aardig te keer gegaan en hebben hun sporen achtergelaten. Sommige bomen zijn nu net kunstwerkjes op zich.

Bij een strandje op een grote parkeerplaats vind ik een plekje voor mijn tent. Ik hoopte uit de wind maar deze lijkt soms wel van alle kanten te komen. Gelukkig trekt mijn tent het.



De volgende dag is het koud, warm, koud warm… schaduw en wind is ijzig, zon en luwte is heet. Voor mij geen wisselbaden meer.

Bij Bönhamn was een groot luxe toilet waar ik even mijn haren heb kunnen wassen, dat is toch wel zo fijn. Een koude dip is prima, maar een koude kop is wel wat anders. Alle horeca is nog steeds dicht, het is gewoon nog niet het seizoen. Ik vind het best, dan kan ik op de mooiste plekjes genieten van een lekker bakkie.

Nordingrå natuurreservaat is weer een pareltje. Ik heb nog nooit zo’n lange strandwandeling gemaakt zonder zand. Het bestond uit vele platte rotsen die zich over de gehele kust uitstrekken. Wel wat het goed zoeken naar de momenteel blauwe markeringen die veelal op de stenen zelf waren aangebracht en een beetje waren vervaagt.

Ik kwam een man op de fiets tegen die zei dat het wandelseizoen weer begon maar dat het vanmorgen nog maar 2 graden was. Dat verklaart een hoop.

Uiteindelijk vind ik een verscholen plek waar ik in alle rust nog even van mijn boek kan genieten.

Verscholen spot

Ook de volgende ochtend begint het koud. Ik had om half 1 die nacht naar de koolmees liggen luisteren die om 5 uur nog zijn stem niet kwijt was. Het wordt niet echt meer donker momenteel, dat is wel raar maar niet echt vervelend. Ik kruip gewoon nog wat dieper in mijn slaapzak.

Vandaag heb ik helaas veel op de weg gelopen. Vanaf Häggvik ben ik van de route afgeweken richting de supermarkt. Dit ging langs een E-weg en dat is toch wel even pittig. Toch was er gelukkig niet veel verkeer.

Bij de supermarkt kreeg ik van een oudere dame te horen dat ik ‘duktig’ ben, moedig. Dat was leuk om te horen. Met mijn weer volle rugzak voor de komende drie dagen ga ik weer verder op de Höga Kustenleden. Hiervan heb ik maar 6 km gemist, van de Världsarvsleden heb ik ook de laatste 6 geskipt.

Het is ook rustig op deze trail. Ik kom op het eind een Duitse vrouw tegen die me verteld dat ik de eerste ben die ze tegenkomt na twee dagen. Het is leuk om even ervaringen te delen. Door haar waag ik me toch weer op een berg voor een shelter. Heerlijk uit de wind en af en toe in de hete zon. Een pracht uitzicht ook. Aan de achterkant ontdek ik een kleine ruimte, perfect slaapplaats voor mij vannacht.

Slaapplek

Nog maar twee dagen op de Höga Kustenleden. Het zal wel even wennen worden als ik weer in de stad kom. Tot de volgende blog!

Liefs Merel

Uitzicht shelter
Zweden 23

Deel 2 Höga Kustenleden / deel 1 Världsarvsleden

Weer drie mooie dagen gehad. Wakker worden naast het meer waar de damp overheen zweefde. De imposante Skulleberg die steeds hoger boven me uitreikte. Ik had geen zin om hier mijn knieën mee over te belasten. Dus de berg van onderaf met bewondering bekeken. Van de andere kant leek de berg toch een stuk minder hoog, ik hou hem te goed. 

Langs Dockstra, een leuk havenplaatsje met mooie boothuisjes. En een tankstation met verse koffie. En een supermarkt met chocolade. En een mevrouw die meteen Engels tegen me begon te praten, toen ik vroeg hoe ze zag dat ik geen Zweedse was, antwoordde ze dat ze dat aan mijn bepakking zag. Dus dat Zweeds praten, dat vordert nog niet echt. Ik moet ook zeggen dat ik het dialect hier lastig te verstaan vind.

Een lange tocht volgt met de eerste echte regenbui. Gelukkig kon ik bij een schuurtje meteen schuilen. Het groen schiet nu overal omhoog. De varens rollen zich uit. Er verschijnen steeds meer paardenbloemen, viooltjes, witte, paarse en roze bloemetjes en de lupinen beginnen zich te ontwikkelen. 

Ook bij Ullånger nog even de laatste boodschapjes kunnen doen en toen door de berg op naar de Erikskojanstuga. Het was even zoeken maar het was een schattig huisje met twee bedjes. De Duitse jonge jongen van dag één kwam niet veel later. Ik had hem al verwacht omdat ik hem al twee maal die dag gezien had. Later kwam er ook nog een Nederlandse man. Van de Bever in Eindhoven. Hij mocht er nog wel bij op de grond tussen ons in. Het was een gezellige avond met een kacheltje aan. 

Eriksskojan stuga

De volgende dag kwam na drie kilometer al de splitsing richting de Världsarvsleden waar ik mijn weg zou vervolgen. Ik moet zeggen dat ik me een beetje verloren voelde. Je krijgt toch een band met een trail, je voelt je er veilig en je herkent niet alleen de markeringen maar ook hoe deze gezet zijn. Deze nieuwe trail had gele stippen ipv oranje en liep in het begin vooral over de weg. Gelukkig wel veel gravel en bospaadjes. 

Je hebt altijd wel even een dip momentje en ik voelde me moe en emotioneel. Ook bleken de hormonen op te spelen, maar goed, je gaat door. De hele tijd heb ik de zin in mijn hoofd: “Aan alles komt een eind en als je bij het eind bent, begint er weer een nieuw begin”. 

De wind was fris aan de noordkant van het schiereiland en ik liep door tot een strandje dat er verlaten bij lag. Zo goed als het ging mijn tent een beetje uit de wind gezet. Toch even een dip, de eerste in zee. Toch vergeet ik steeds dat het de zee is omdat je altijd wel lange eilanden ziet liggen. Ook heb ik nog niet eerder zwanen in de zee zien zwemmen. 

Mijn prive strand

De volgende dag had ik het koud en wilde ik eigenlijk een stukje afsnijden om minder last van de wind te hebben. Toch had ik het na 10 minuten alweer warm en ging het lopen goed. En ik ben echt super blij dat ik niet heb afgesneden, het Norrfällsvikens natuurreservaat was prachtig. Weer veel keien, ze noemen het hier ‘klapper’. Er ligt vaak een knal lichte groene moslaag op. Ze zijn de ijsschotsen de afgelopen 4000 jaar steeds verder het land opgedrukt. Bij de kloof van de vorige blog lagen ze ook en dat was onvoorstelbaar hoog. 

Ik heb al vijf hazelwormen op de teller. Toch schrik ik wel elke keer want ze willen toch altijd net gaan liggen waar ik mijn voet neer wil gaan zetten. Ook heb ik een eland gezien, of naja, zijn buik en vier grote poten net voor hij de bosjes in verdween. Nu je zo’n 90% van de tijd moet kijken waar je je voeten zet, zie je soms wel wat over het hoofd helaas. 

Na het bijna verlaten normaal zo toeristische vissersdorpje Norrfällsviken liep ik lekker verder tot er een afdaling kwam waar ik u tegen zou zeggen en vervolgens een klim waar ik misschien wel dubbel u tegen zeg. Met handen en voeten klauteren, langs een touw je omhoog sjorren, het was weer een hele overwinning.

Bij Mjällom was een supermarktjes en daarbij een cafeetje. Even bijkomen! Ze zaten daar echt op zijn Zweeds te fikaen. Een supermarkt is altijd fijn om naar uit te kijken maar daarna vervloek ik het wel eens. Met al snel vijf extra kilo de berg op. Gelukkig was er een alternatief waarbij je niet over de top hoefde maar alsnog vond ik het behoorlijk pittig. Het is wel heel stil op deze route, tot nu toe nog geen enkele wandelaar gezien, momenteel vindt ik dat ook niet zo erg, dat komt straks wel weer als ik terug ben op de Höga Kustenleden.

Uiteindelijk een plekje voor de tent gevonden. Geen spectaculaire plek, wel uit de wind en met een bankje. Mijn mobiel staat onderweg uit dus foto’s maak ik alleen in de avond, dus je zal het met mijn woorden moeten doen 😉 

Mijn uitzicht vanuit de tent

In het cafeetje zag ik een spreuk staan waar ik graag mee wil afsluiten:

“Kan man vara glad åt lite, har man mycket att vara glad åt”

Of te wel:

Kan men blij zijn met weinig, dan heeft men veel om blij over te zijn”

Liefs Merel

Zweden 23

Arnäsleden

Zo, de Arnäsleden zit er bijna op. Drie prachtige dagen en nog een stukje te gaan.

Zondag vertrok ik vroeg, ik had een weggetje gevonden dat schuin naar de trail liep. Toch had ik na al die jaren Zweeds even over het hoofd gezien dat Höglandeberget zowel het woord hög (hoog) als berget (de berg) bevat, dus ja, ik mocht meteen aan de bak.
De pijn die ik tot de dag voor vertrek in mijn knie had gehad, was geheel verdwenen, toch spanning waarschijnlijk. Ook de vermoeidheid door een weekje griep was weg. Wat kunnen twee echte rustdagen in bus en trein dan goed doen.
Het is een rare gewaarwording hier. Alles lijkt ontzettend droog en knippert onder je voeten. De zon schijnt de hele dag op je kop en het zweet loopt over je rug. En dan ineens stuit je weer op een homp sneeuw waar je doorheen moet en besef je dat het niet droog is maar juist heel nat.
Over dat de trail aardig begroeid is, dat kan ik echt beamen. Af en toe is het echt dat je je door boompjes moet worstelen of je onder doorgezakte bomen mag manoeuvreren.
Helaas veroorzaken mijn andere zooltjes blaren, die ik al in geen tijden meer gehad heb. Mijn beide kleine tenen zijn nu tweemaal zo groot. Flink afplakken dus.
De eerste dag eindig ik bij een schattige stuga. Ik had er zo in kunnen wonen. Alles erop en eraan. Aan het eind van de dag kwam een echtpaar even checken of het hout al droog was wat ze eerder hadden gekloofd. Verder is het stil. Heel stil. Volgens het gastenboek was de laatste bezoeker twee weken geleden, die daarvoor in 2022.

Stuga

Dag twee begint vroeg. Al rond drie uur begint het licht te worden en om vijf uur vind ik het wel welletjes. Dit stuk van de trail is iets pittiger. Veel begroeiing, rotsen en waterige paden. Want ja, sneeuw dat smelt geeft water, en water op het pad geeft soms moeras en soms een modderpoel.
Ook kom ik langs de Räckebergsgrottan, een 34 meter lange en 7,5 meter hoge tunnelgrot. Wat een reusachtig ding. Leuk ook dat hij op een berg staat en je er eerst nog even naar toe mag klimmen.

Tunnelgrot

Ik heb nog een functie gevonden van wandelstokken. Naast ondersteuning, balans, controleur voor droge voeten, bomen & struiken aan de kant duwen, tentpaal, wasrek, helpen ze ook om slangen vroegtijdig te spotten. Waarschijnlijk ben ik onderweg op een adder gestuit. Gelukkig was hij al gewaarschuwd door mijn stok.
Ik stuitte op een shelter met twee brede banken en een tafeltje. Prima plek om te overnachten. Wel wat lastig om water te pakken onderaan het meer maar goed, met wat acrobatische trucjes kom je een heel eind.
Om acht uur kwamen de eerste muggen even kijken maar ik had mijn tent als klamboe omgedoopt. Zo fijn dat er verder gewoon nergens muggen zijn.

Dag drie, oef wat begin ik weer stijf. Gelukkig wordt mijn rugzak steeds wat lichter, lekker dooreten dus. Na de eerste kilometers rustig te hebben afgelegd stuit ik op een berenspoor. Het is leuk om dieren tegen te komen maar deze sla ik liever even over. Ik ben er meteen een toontje hoger van gaan zingen. Geen verrassingsmenu voor meneer beer vandaag.
Op een gegeven moment is het pad zo ontoegankelijk dat ik me er niet meer met mijn stokken door heen kan worstelen, ik kies om even de weg te volgen. Je merkt dat sommige stukken van het pad beter bijgehouden zijn dan andere. Ook door de winter liggen veel paaltjes omver. Ik ben blij dat ik hier niet over een maand loop, want dan zal alles nog veel groener zijn.
Ik word nog verwelkomd door een zwarte specht. Hij heeft echt een knalrode kuif.
Op het eind heeft de route een omweg. Ik volg netjes de paaltjes maar al gauw raak ik wel een beetje mijn oriëntatie kwijt omdat ik toch wel erg graag bij het beekje was uitgekomen. Achteraf zag ik op de kaart dat hij nu om het dorpje heen wordt geleid.
Geluk of ongeluk? Ik kom een vrouw met hond tegen en vraag of er nog een riviertje komt. Helaas niet. Maar ze loopt wel even met me mee, dan kan ik bij haar water krijgen. Supers! Ze vertelt dat ze vorig jaar een beer heeft gezien, de eerste sinds de 20 jaar dat ze hier woont. Geruststellend dus.
Volgeladen loop ik nog een laatste berg op. Er is een shelter maar niet bedoeld om in te slapen. Ik kijk straks nog wel even of ik een beter tent plekje vindt en anders gaat de tent gewoon in de shelter. Ik heb wel een grandioos uitzicht!

Uitzicht

Morgen mag ik nog 10 kilometer van de Arnäsleden lopen en dan keer ik terug naar Örnsköldsvik. Ik heb er maar hetzelfde hostel geboekt omdat ik anders te veel kilometers moet maken om de stad uit te komen. Ook zijn mijn voeten daar wel aan toe. Tot de volgende blog, dan vanaf de Höga Kustenleden!

(ik heb een selfie maar even achterwege gelaten omdat ik een aardig rode kop heb gekregen…ja, ik was de zonnebrandcrème vergeten 🤭)

Zweden 23

Heenreis

In alle vroegte zit ik nog even voor mijn wandelreis gaat beginnen. De vogels buiten fluiten hun lied en de zon schijnt al fel ondanks dat het nog maar half zes is. De afgelopen twee dagen heb ik al reizend doorgebracht. Het oorspronkelijke plan was gecancelled door mogelijke trein stakingen en andere onvoorziene omstandigheden.

Nu ik de flixbus best rustig reizen vindt, ben ik hiermee naar Hamburg gereden. Vanaf daar ging er een volgende bus direct door naar Stockholm. Een rustige bus gelukkig waar ik twee plaatsen voor mezelf had en de nacht nog een beetje horizontaal kon doorbrengen.

Een verrassing was de ferry tocht van Duitsland naar Denemarken. Drie kwartier even de benen strekken en uitwaaien op het dek.
In Stockholm traditioneel vieren dat ik in Zweden ben met een fika, koffie en een bulle. Ik probeerde on het Zweeds te bestellen, dat ging nog wel, maar toen begon ze terug te praten… maar het Engels verstond ik net zo min dus het zal de vermoeidheid wel zijn geweest.   De reis noordwaarts ging verder met de trein. Op Sundsvall moest ik nog overstappen maar ook dat ging soepel. En door naar het eindpunt, Örnsköldsvik. Een rustig stadje voor de zaterdagavond. Het was vrij warm en een t shirt was genoeg. Toch had ik langs het spoor nog sneeuwresten zien liggen. Ik had een vandrarhem (hostel) geboekt om even goed bij te slapen. Volgens bij ben ik de enige hier want ik heb nog niemand gezien. 

De komende dagen zal ik me op de Arnäsleden bevinden om eerst even landen. Tot snel!

Boottocht, aardig stuk afgesneden dus
Fika
Vanuit de trein, dit is het eindpunt van mijn reis bij Härnösand.
Zweden 22

Fika tijd & Rust

Fika tijd (koffie drinken)

Ons laatste dagje Mora. Na twee dagen bijkomen met nog wat mooie wandelingen  zitten we nu aan de fika en blikken nog een keer terug op de laatste week. Wat is er veel gebeurt en wat hebben we leuke ontmoetingen gehad. Met uitzondering van de beruchte elandvlieg, waarbij het even duurden voor we deze herkenden. Van die gekke kriebelige beestjes die zich in je haar en kleding verstoppen. 

elandvlieg
Elandvlieg

De kleine stuga waar we in verbleven was weer heerlijk Zweeds, een echt kabouterhuisje, perfect voor Monique, iets minder perfect voor mijn hoofd. De deurpost was toch net iets te laag. 

In de bedstee
In de bedstee

Op de Gesundaberget (bij Gesunda waar we verbleven) heb ik nog even een mooi plaatje geschoten van de Siljan, het zes na grootste meer van Zweden. Wat een uitzicht!

Siljan
Siljan

We vertrekken vanavond naar Stockholm om daar de nachttrein naar Malmö te nemen. Daar slapen we een nachtje bij en dan vertrekken wij met de flixbus de volgende nacht naar Nederland. 

Bedankt voor het meereizen! Op de pagina van de Södra kungsleden heb ik onderaan nog een review van de drie routes geschreven voor de geïnteresseerde. 

Liefs Merel

Rust

Op dit moment zit ik op een bank te kijken hoe Merel als een berggeit omhoog klimt. Onze laatste dagen in de buurt van Mora. Wat was ik blij dat ik na een enorme lange reis vanuit Docksta in Mora aankwam en Merel zag staan.

Tijd om terug te kijken naar mijn dagen in het noorden van Zweden. Eigenlijk wordt het noorden van Zweden in tweeën gedeeld Laponia en noord Zweden. Boven en onder de poolcirkel. De natuur boven de poolcirkel met name rond Kiruna is echt bergachtig en wat kaal. Zak je iets meer naar beneden richting Jokkmokk, strekt zich de natuur uit in eindeloze bossen meertjes en flinke heuvels wat je net geen bergen mag noemen. Je verwacht niet dat er mensen wonen. Ik vond daar in die bossen een klein dorpje met acht huizen en een airb&b. Zou ik daar kunnen komen met het openbaar vervoer? Ik had al contact met de eigenaren gehad zij wilden me wel ophalen bij een station 15 km van hun boerderij vandaan.

Weg naar de boerderij
Weg naar de boerderij

Na wat gepuzzel lukte het me om een trein naar Jorn te boeken waar ik precies op tijd opgehaald werd door Ralf om door te rijden naar Petikstras. Mijn mond viel open. Wat een natuurschoon, bossen met doorkijkjes, meertjes en uiteindelijk een groot meer en in die 15 min durende autorit geen enkele andere weggebruiker. De weg was een landweggetje van grind. Immers je ziet alleen gedurende zomer, die kort duurt, de echte weg. De overige tijd van het jaar ligt er sneeuw, echt sneeuw 3 tot 4 meter.

Fika aan het water
Fika op het water

En daar lag de boerderij aan een meer zo idyllisch. Ik had het gevoel dat ik in het paradijs van Zweden aangekomen was. En dan de host Matilda en Ralf, wat een lieve open mensen, niets was hun te veel. Ik werd volledig in de watten gelegd, van een Zweeds ontbijt tot een fika op het meer. En als klap op de vuurpijl een Sri Lankaans diner. Je kunt er eindeloos wandelen en je moet oppassen om niet te verdwalen. Het jachtseizoen was geopend waardoor ik echt gevaar liep volgens Ralf. Hij nam me daarom ’s middags mee op zijn squat. In het begin was ik een beetje bang, hup recht de berg op, dat ben ik niet gewend maar al gauw voelde het vertrouwd. Wat kun je in een paar dagen van een plek met zijn bewoners gaan houden. Jammer dat ik afscheid moest nemen maar ik kom hier zeker terug.

Uitzicht op het meer
Uitzicht op het meer

Op, alweer naar de volgende stop. Docksta, een plaats aan de Baltische zee, bekend om de Höge Kusten een natuur reservaat. Ik had daar een boothuis geboekt. Vol spanning stapte ik de bus uit, stralend weer en een prachtige kustlijn. Ook hier werd ik heel hartelijk ontvangen en wat hebben ze de oude Noord Zweedse boothuizen prachtig gerestaureerd. Kon wel merken dat het seizoen voorbij is. Anders zal het daar wel aardig vollopen met toeristen.

Het botenhuis
Het botenhuis

Na een nacht met maneschijn op het water, ben ik de volgende dag eerst gaan informeren of ik wel in Mora zou kunnen komen.

Donkerte

Dat was nog niet makkelijk. De busdiensten op zaterdag zijn onlangs geschrapt en laat ik nu net gedacht hebben om op zaterdag naar Mora te gaan, mooi niet dus. Dat werd op vrijdag een nachttrein dus ‘ s avonds om 11 uur de bus. Daardoor wilde ik mijn dag goed besteden en heb ik een mooie wandeling de berg op gemaakt waar ik een rusthut vond, volledig aangekleed met zagen, bijlen, boeken verrekijker. Ongelofelijk dat dit zo blijft liggen en dat niemand dat vernield of meeneemt. Lekker moe kwam ik weer in het boothuis met het idee dat ik dan lekker zou kunnen slapen in de trein.

Hoga kusten
Höga kusten

Helaas pakte dat anders uit. Mijn trein die om 2 uur ’s nachts zou vertrekken, vertrok niet. Daar zit je dan op een vrijwel verlaten station tussen de vrouwen die daar de nacht doorbrengen. Met verbazing luisterde ik naar de snurkgeluiden, ik voelde me niet zo comfotabel om te kunnen slapen. Uiteindelijk kwam er rond 4 uur een trein waar ik in kon stappen en waar ik wel 2 uur in heb kunnen slapen. Jullie zullen begrijpen dat mijn vreugde om Merel weer te zien in Mora groot was en nog steeds is. Mijn reis alleen was goed, ik maakte daardoor andere dingen mee. Wat ik dan wel mis is het kunnen delen van de moeilijke momenten, de leuke momenten, de mooie momenten. En bovenal het samen kunnen lachen, we zijn dat nu aan het inhalen. Wat hebben we veel beleeft, ieder op onze eigen manier en wat komt dat weer mooi bij elkaar. Ik ben dankbaar voor en over onze vriendschap.

Lieve groet Monique.

Happy faces
Happy faces
Zweden 22

Siljansleden

Wat een heerlijke afsluiter. Na de busrit naar Siljansfors waar ik opeens aan een drukke weg stond, een weggetje gevonden wat erg grappig was. Het was een soort park van het Skogsmuseum (bos). Er waren allemaal bordjes, verstopten dieren en beschilderde stenen. Bij het museum zelf kwam ik op de Siljansleden. Siljan is een groot meer waar Mora ook aan grenst. 

Zoek de weg

De trail was duidelijk minder belopen dan de Vasaloppsleden. Soms moest ik mij door de bessenstruiken heen worstelen, door de kleine dennenboompjes wurmen, over omgevallen bomen klauteren en mij door sappige mossige blubber slepen. Sommige betalen aardig was voor een Spartan Race of Mudmaster, hier is het helemaal gratis. En wat heb ik ervan genoten!

Zonsopgang

De tweede dag ben ik geen mens tegengekomen, zo wonderlijk. In de gehele 30 km ben ik drie gehuchten (paar huisjes) gepasseerd. Het leken vooral vakantiehuisjes. Het was op een gegeven moment ook wel echt stil. Dan hoor je wat voor rare geluiden vogels kunnen maken. Ik dacht zelfs een keer een huilende hond te horen maar die vloog toch echt boven de bomen. De tweede nacht lag ik lekker al op bed, hoor ik het bekende ijscowagentjes geluid, ijs is nooit ver weg 😉

Even een persoonlijk stukje. Vakantie is voor mij tot rust komen, ontprikkelen, doen waar ik blij van wordt (wandelen, kamperen), in de natuur en creatief bezig kunnen zijn. Hiernaast is deze reis voor mij ook een stuk ontwikkeling. Want naast het reizen gebeuren er nog zoveel andere (lastigere) dingen waar ik tegenaan loop en die ik zal moeten overwinnen. Het doen van de juiste boodschappen, überhaupt boodschappen doen wat vaak enorm veel prikkels geeft, mensen aanspreken als ik iets nodig heb, met het ov reizen wat mij onbekend is hier, zorgen dat ik voldoende rust neem en op tijd stop…de grootste les die ik deze reis heb geleerd is dat ik zelf mijn beste vriend moet zijn. In mijn kracht komen en volledig op eigen benen staan. Dat betekend niet het allemaal alleen moeten doen, nee dat betekent de juiste hulp zoeken als die nodig is, zelfzorg. Ik ben dankbaar dat ik dat op deze reis (opnieuw) heb mogen ervaren. Toch kijk ik er ook erg naar uit om Monique weer te zien, bij te praten, dubbel te liggen van het lachen en ervaringen te delen. 

Bij aankomst in Mora eerst naar de, inmiddels bekende koffietent. Daarna kwam ik al lopende richting het station langs het strand. Waarom ook niet? Even een duik in de Siljan. Voel me weer helemaal fris en fruitig. Hopelijk wil Monique me zo wel een knuffel geven want na zo’n tijd kamperen, rook ik niet meer al te best 😀 

Nog een paar daagjes samen waarbij we langzaam terug naar het zuiden reizen. Heerlijk om zo deze reis te mogen afsluiten. 

Monique heeft net een heeeele lange treinreis achter de rug (33uur) en gaat eerst even bijkomen in de volgende airbnb. Daarna zal ze haar ervaringen nog met ons delen. Ik kijk er naar uit!

Veel liefs, Merel & Monique

Zweden 22

Vasaloppsleden 2 & En wat gebeurt er verder

Vasaloppsleden 2 (Merel)

De Vasaloppsleden zit er helaas weer op. 

Na het vorige deel vervolgde ik mijn weg, dit keer week de wandelroute vaker af van de fiets en langlaufroute, hierdoor waren het vaker smalle bergweggetjes en loopplanken over drassig gebied. En drassig was het! Het leek soms bijna moerasachtig. Hierdoor had ik wel prachtige vergezichten. 

Een heerlijk zacht bedje

Het weer werd wat beter, zelfs zo warm met het zonnetje dat het in een t-shirt bijna te warm was. De nachten waren nog steeds koud, ik denk dat het onder de 5 graden afkoelde. 

Creatief in de pauzes

Hoe mijn dagen eruit zagen? Vroeg wakker, ontbijt erin, inpakken en op pad. Uurtje lopen, koffiepauze, uurtje lopen, pauze, uurtje lopen, lunch, uurtje lopen,pauze, uurtje lopen, plekje tent zoeken, kamp opzetten, rusten (schrijven, hout snijden, kaart bestuderen), avondmaal opkoken, bessen zoeken voor het toetje, eten, lezen, slapen. Zo simpel maar heerlijk overzichtelijk 😉 

Zo zagen mijn handen er meestal uit, jam jam 😋

De een na laatste dag kwam ik zowaar mensen tegen! 2×2 hikers op weg naar Mora, de eerste in 90km. Het was toch leuk om even mensen te spreken al was het maar kort. 

Plus de laatste dag, ik loop net de laatste steile helling af en zie drie hertjes wegschieten uit een tuin net naast de grote weg. Dus hier hadden ze zich verscholen. Verderop dook er opeens een eland voor me op, ook uit een tuin de weg over het bos in. Loop je continu in de natuur, verstoppen die beesten zich dus in tuinen. Ook gewend aan “fastfood”? 

Al vroeg kwam ik bij het eindpunt, of eigenlijk de start. Ik voelde me er een beetje verloren op het grote grasveld en ben maar snel richting Sälen gelopen, nog zo’n zeven kilometer verderop. Hier blijf ik nog een nachtje slapen, even bijslapen en eten, boodschappen doen en uitrusten (in weer zo’n vreemd uitgestorven hotelletje?). Morgen trek ik nog twee nachten het bos in en wandel nog 30 km over de Siljansleden. Daarna ontmoet ik Monique weer in Mora. Het is fijn om na twee weken weer even te kunnen bijpraten. 

Liefs, Merel

En wat gebeurt er verder (Monique)

Er valt zoveel te vertellen. Maar wat is voor mij belangrijk om te delen?

Met die vraag in mijn hoofd, speel ik al een paar dagen. 

Zijn het de ontmoetingen in Jokkmokk. De wijze lessen die ik uit het Sami museum mee neem? Het verschil in de Zweedse en de Nederlandse cultuur, waarvan ik niet verwacht had dat er zo een groot verschil tussen zit. Mijn eigen vooroordelen. Zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan.

Toch maar een boek gaan schrijven?

Wie weet.

Laat ik nog even terug gaan naar mijn afscheid van Juhán en Jasmine in Jokkmokk.

10 dagen bij betrekkelijk vreemde mensen in huis vond ik toch wat lastig worden. Vooral als je dan tegen cultuurverschillen oploopt.

In Zweden is men niet gewend om te zeggen wat je op je hart of lever hebt. Zeker niet tegen vreemde. Voor mij gaf dat een gevoel van moeten schipperen, een beetje op mijn tenen moeten lopen. Wie mij goed kent weet dat mijn karakter nogal meegaand kan zijn, mezelf weg cijfer is mij niet vreemd. 

Na een week brak het mij op, het voelde niet meer oké, eigenlijk wilde ik wel weg.

Tja dat moest ik dus gaan vertellen, een lastige situatie als je zolang bij mensen thuis bent, voelt het niet meer als betalende gast.. Gelukkig namen Juhán en Jasmine het goed op en was het geen probleem, ik kreeg het resterende bedrag terug, bovendien had Juhán een geweldig cadeau voor mij op tafel gelegd. Een ring die volgens zijn cultuur je beschermt tijdens het reizen. Dat gaf mij de gelegenheid om een verdere reis te plannen. In het Sami museum had ik veel gelezen en gezien over de mijnen in Kiruna.

Echt hoog in Zweden dus bus en trein naar een hostel. 

Het was even zoeken naar het hostel omdat het hele dorp verplaatst gaat worden naar zo’n 2.5 km verder op. Het treinstation was inmiddels al verplaatst, dit doen ze omdat er nog heel veel steenkool onder het dorp ligt. Het zwarte goud.

De Sami hebben hier al vanaf 1900 moeite mee en protesteren, zoals jullie al hebben kunnen lezen in de vorige blog, hier al jaren tegen. 

Het is het land waar hun kuddes al eeuwen grazen. Zij zien dit dan ook als hun grond, een politiek ingewikkelde kwestie.

Ik moet zeggen dat ik ook niet blij werd van de kaalslag. Ook de plaats zelf was net een verlaten uitgestorven cowboystad.

Toch komen hier veel toeristen. Het is de voorstad voor de bekende Kungsleden. Een route door de bergen die erg geliefd is.

In het hostel, waar dan ook diverse Nederlandse, vooral jonge, mannen die zich opmaakte voor hun tocht, vond ik ook een plekje. Bij het ontbijt was het leuk om de verhalen te horen en te zien hoe ze tips en spullen delen. 

Al met al toch ook weer twee extra enerverende dagen. Eigenlijk ben ik wel een beetje toe aan rust. Zal mij dat gaan lukken?

Ik laat het jullie weten, lieve groet Monique

Zweden 22

Vasaloppsleden & Bijzondere ontmoetingen

Vasaloppsleden

Daar staan we dan, vannacht geslapen tussen de 31ste en 32ste kilometer. En hoe kan je dat beter vieren dan met een lekkere lunch bij een bijna verlaten restaurant waarbij je zelf je bord mag vullen. Geen slim concept voor Merels met honger, goed bijgetankt dus. 

De serveerster snapte niet dat ik in Zweden alleen aan de wandel was op mijn verjaardag, ik kan me even geen mooier cadeau wensen. Dit is de derde dag op de Vasaloppsleden en het had van mij een strik mogen krijgen. Wat een verschil met de bergen. Doordat hier bijna geen wind staat, kom ik echt tot rust door de stilte. Ik begrijp nu waarom ik in de bergen niet echt handige keuzes maakte, overprikkeling door de herrie. 

De paden hier zijn autobreed maar onverhard. Erg fijn voor de voetjes, dat gaat nu vrij goed. Ik doe het rustig aan, niet langer dan een uur aaneen lopen en niet meer dan 20 km. Handig dat er elke kilometer een bordje staat. Het is hier zoals de Elfstedentocht in Nederland. Alles draait om de Vasaloppet, de langlaufrace van Sälen naar Mora. Dit is op de eerste zondag van maart en al vanaf 1922. Het toeristenseizoen is over en dat is wel te merken, op sommige locaties kon ik geen water krijgen of waren dicht. Maar dit maakt niets uit want de natuur is hier prachtig en de eindeloze bossen kunnen niet eindeloos genoeg zijn. 

Afgelopen twee nachten ben ik gewoon de bosjes in gesprongen om mijn tentje op te zetten. Het bos geeft beschutting en voelt al snel veilig. Regen is hier wel maar gelukkig ook droog weer en af en toe een zonnetje. Ik geniet. 

Nog niet veel wilds gezien en ook geen sporen nog. Wel veel eekhoorns. Bijna geen muggen en fluitende vogeltjes. Ook niet teveel mensen. Nog geen hikers tegengekomen, vooral veel mountainbikers. En dat snap ik wel want het is ook goed te fietsen. 

Ik ga nog even genieten van mijn taartje, heel veel liefs allemaal! 

Merel

Bijzondere ontmoetingen

JOKKMOKK 

26 AUGUSTUS TOT 1 SEPTEMBER

Voor  mijn vertrek naar Jokkmokk had ik contact met mijn host en had hem verteld dat ik een buiten gewonen intressen heb in het Sami volk.

Zelf is Juhán, mijn host, een sami en werkt bij een instelling die het handwerk van Sami wereld wijdverkoopt.

Hij vroeg me of ik de sleutel  van het appartement, op zijn werk wilde ophalen.

Vol intersse stapte ik binnen maar echt ver kwam ik niet ze waren druk. Wel werd ik uitgenodigt om s’avonds de opening van een tentoonstelling bij te wonen. Waar die opening over ging begreep ik niet helemaal, maar ach….

Goed eerst het appartement maar eens zoeken waar ik de komen dagen zou verblijven. Dat viel niet mee met mijn rugzak, warm en moe. Het zweet droop van mijn voorhoofd, blijkbaar zag ik er redelijk wanhopig uit want al snel werd ik aangesproken door een vriendelijke vrouw die me ongeveer de weg wees. De straat had ik inmiddels gevonden. Nu nog het nummer 1a zou toch makkelijk moeten zijn.

Dus, ik heel stoer met mijn telefoon zoeken op google maps. Dit had ik Merel al zou vaak zien doen, dat moest ik toch ook wel kunnen. Niet dus na drie rondjes, nog steeds in de zelfde straat, gooide ik mijn rugzak af en vroeg wanhopig aan een voorbij komende honden uitlater of hij wist waar 1a was. Gelukkig zijn de Zweden best wel een behulpzaam volkje en de man begon te zoeken en liep zelfs een flat binnen. En ja hoor daar zag ik de naam van Juhán en Jasmine.

Wat een heerlijkheid om door een grote harige witte kat begroet te worden. Inmiddels zijn we dikke maatjes.

Na een koele douche en wat rust Jokkmokk maar eens verkennen.

Laat nu juist in deze dagen de grote zomermarkt aan de gang zijn. Een verkleinde versie van de al eeuwen oude winter editie.

Maar het was tijd voor de opening. Vond mezelf wel een beetje een vreemde eend in de bijt. Zoals wel vaker, als ik ergens tegenop zie of onzeker over ben is mijn motto: gewoon niet nadenken maar doen.

Daar stond ik in de rij om naar binnen te gaan, hoor ik achter me bekende klanken. Twee heren spraken met een onmiskenbaar Brabans accent over de tentoonstelling. Blijkbaar hebben we dezelfde intresse alleen kwam een van de heren hier al jaren. Veel tijd om te praten kregen we niet want de openings ceremonie begon.

Vrouwen in prachtige klederdracht hielden een toespraak in Zweeds en Samies. Bij het Zweeds ving ik wat woorden op maar de context ging aan me voorbij.

Achter mij stond een echtpaar met bloemen en spraken mij in het Nederlands aan. Ze vertelde me dat ze op 60 km van Jokkmokk wonen en al 3 jaar dit project financieel steunen.

Eindelijk begreep ik waar het allemaal om draaide. Er zijn twee Sami stammen die al jaren conflicten hebben wat maar niet opgelost wordt.

Twee vrouwen van iedere stam hadden contact met elkaar en bedachten een project ter verzoenining. Ze maken met elkaar traditionel kostuums die verhuurd worden voor allerhanden feestelijkheden.

De tentoonstelling laat een documentaire zien hoe dit in zijn werk gaat. Daarnaast zijn er prachtige foto’s gemaakt waar kostuums voor hangen.

En nog een leuk idee. Als een Sami wil protesteren draag hij zijn kostuum binneste buiten. Is weer eens wat anders dan een omgekeerde vlag.

In een korte tijd kreeg ik een overvloed aan informatie en bijzondere contacten. Als dat zo door gaat heb ik volgende week wel even nodig om tot rust te komen.

Mijn hoofd tolde en ik slaap de eerste nacht als een blok, zo voelde het.

Liggen er nog meer verassingen ergens achter een tipi?

Jullie lezen het de volgende keer,

Monique

Zweden 22

Terug de natuur in & Aanloop naar bijzondere ontmoetingen

Ten eerste, jullie kunnen weer een reactie plaatsen. Helaas heeft dit in de vorige berichten niet gewerkt door een fout.

Monique is ondertussen ook al een tijdje in het verre Noorden en zal dit weekend nog een stukje noordelijker trekken. Ze heeft ook over haar reis een stukje geschreven.

Terug de natuur in (Merel)

Na ook twee nachten in een jeugdherberg (spookherberg…er was bijna niemand) in Orsa te hebben geslapen trek ik vandaag opnieuw de natuur in. Vanaf Mora over de Vasaloppsleden

Hoe is het met de voet? Beter maar helaas nog steeds gevoelig. Ik ga dus lekker van de natuur genieten en kleine stukjes lopen. Het is hier nu een fijne temperatuur dus dat neemt een stuk makkelijker pauze. Ondertussen ben ik bezig om van brandnetels touw te maken en heb ik mijn houten haaknaald al gesneden. 

Mijn toevlucht langs een riviertje

Over twee dagen wordt ik weer een jaartje ouder, 32 alweer. Dat wordt een taartje met vers geplukte blauwe bessen (en hele blauwe vingers), frambozen en hallonbessen. 

Tot snel! Groene groet, Merel

Aanloop naar bijzondere ontmoetingen (Monique)

JOKKMOKK 26 AUGUSTUS – 2 SEPTEMBER

Daar ging Merel gisterochtend alleen de bergen in. Ik bleef achter om weggebracht te worden door de hostel houdster.

Daar begon mijn solo avontuur.

Van Storlien tot Jokkmokk is zo’n 800 km. Niet een enorme afstand als je bedenkt hoe groot Zweden is. Het wordt een ander verhaal als je dit met de trein gaat doen. Zweden heeft niet zo een uitgebreid spoorwegnet het is dus puzzelen hoe wat en waar. 

Je zult dwars door Zweden moeten om bij de Oostzee te komen waar je de meeste kans maakt op een goede verbinding naar het Noorden. Per 24 uur gaan er 2 treinen, 1 overdag en 1 nachts

Omdat ik de nachttrein wilde nemen had ik besloten om een tussenstop in Östersund in te lassen een badplaats aan het meer Storsjön en een groot meer was het. Prachtig toen ik later op de avond mijn reis voortzetten ondergaande zon en de langzaam in zettende nacht.

Avondlicht vanuit de trein

In Sundsfall stapte ik over op de nachttrein die propvol was. Na een slechte nacht (met een kotsende, snuivende puber) stapte ik in Murjek uit.

Ontbijt in Murjek

Een klein station, een trein naar Jokkmokk ging er niet. Ik haalde diep adem en mijn longen stroomde vol met zuivere Zweedse boslucht. Tot in mijn diepste vezels voelde ik het weer.

Bevrijding, rust en vooral ruimte.

Blijkbaar neemt het Zweeds ruimte gevoel bezit van je lichaam en geest wat maakt dat er mooie en wonderlijke dingen gebeuren.

Daarover schrijf ik de volgende keer.

Monique

Aankomst Jokkmokk
Zweden 22

Wordt dit al het eind?

Als ik één ding van de Camino naar Santiago heb geleerd is dat je alles los mag laten, het gaat toch altijd anders dan je denkt. Niet de makkelijkste les voor mij zoals de meeste van jullie weten. Toch stond ik gister weer op zo’n punt. Mijn planning moest aangepast worden.

Bij de bushalte?

Voor wie trouwens nog nieuwschierig is naar de route en alle zooi die ik in mijn tas heb (zo’n 15 kilo), ik heb een speciale pagina op mijn website hiervoor.

Eerst even terug naar dag drie en vier. Dag drie begon met regen, en dan niet gewoon van die lieve druppeltjes, nee, koude miezerregen die door de ijzige wind je binnen een paar tellen in een ijspegel verandert. Waar waren de bergen?  In de mist gehult, ik had niet meer dan 100 meter zicht. Toch moest ik er eentje over en gaf de wind me een zetje in de rug, ijsbillen dus. Bij een rusthut even al de regenkledij kunnen uittrekken en opwarmen. Het werd gelukkig droger en heb lekker kunnen doorlopen. Ik kwam riviertjes tegen van wel 10 meter breed waar ik overheen moest hoppen. Als extra uitdaging lagen de stenen vaak net onder het wateroppervlak. Geen idee hoe mensen dit doen zonder stokken. Ik kwam er ook maar drie deze dag tegen. Aan het eind bij berghut Helags een kop WARME thee gedronken. En dat met uitzicht op een ijzige gletsjer.

Ik besefte toen wel dat het niet zo gek was dat ik het ’s nachts koud had. Niet gek in een nogal luchtig tentje. Dit waren echte bergen.
Had ik van Monique alvast voor mijn verjaardag een mooi houtbewerkingsmesje gekregen, zit ik tot nu toe alleen nog maar boven de boomgrens.

Volg het pad

Mijn tentje had ik wat verderop gezet, net achter een heuveltje tegen de wind. Bij de rivier kon ik water halen. Heerlijk maar koud. Lag ik net in bed, hoor ik allemaal vreemde geluiden om de tent. Ik de rits openen, staat er op drie meter een rendier me aan te gapen. Rare beesten, en hij vast denken, rare mensen. Als je de Waterleiding duinen kent en de hoeveelheid damherten dan lijkt dit er toch wel een beetje op.

Dag vier begon nog net even een stukje kouder. Met ijsvingers je tent afbreken is toch een hele kunst. Maar na even lopen, kreeg ik het wel weer warm. Een mooi uiltje gezien op een paaltje. Hij bleef ook lekker zitten. Toen begon de ellende, ik maakte een misstap bij een spongetje en mijn voet kreeg een optater. Weer het spronggewricht bij mijn wreef. Hetzelfde waarmee ik de camino beëindigden. Pauze was nog geen optie dus pas bij de volgende hut mijn voet opnieuw kunnen intapen. Daar en op die berg kon ik niet blijven dus toch verder. De pijn zakte wat en als ik voorzichtig liep ging het. Ik had al besloten even van de route af te wijken voor boodschappen maar nu voelde dat ook veiliger.

Uiteindelijk een plek gevonden twee kilometer voor Ramundberget. Dit is vooral skigebied. Maar na een nachtje slapen was de voet nog stijf. Verder gelopen naar Bruksvallarna en daar in een café met een lekkere lunch de kaart erbij gepakt. Alle plannen van tafel want als ik zou doorlopen werd mijn voet niet beter en zou ik ook niet meer in de mogelijkheid zijn om gebruik te maken van het ov. Als je eenmaal ook je kwetsbaarheid voelt tussen die hoge bergen maakt dat je nederig en gaan bij mij de alarmbelletjes wel rinkelen dat dit geen spelletje is.

De bus naar het volgende plaatsje gepakt, Fünasdalen en daar een hostel geboekt voor twee nachten. Na een nachtje slapen heb ik besloten om door te reizen naar Mora, het eindpunt van mijn oorspronkelijke route. Na ook daar twee nachten rust te hebben gehad ga ik toch aan de Vasaloppsleden beginnen richting Sälen. Dat is minder hoog en stijl en meer in de bewoonde wereld. Voor nu veiliger dus. Meer rust en pauzes, meer plekjes voor me tent en meer beschutting. Voelt het als falen? Nee zeker niet, eerder als een wijze les.

Vandaag in Fünasdalen het fjällmuseum bezocht, over het gebied hier en het leven in de bergen (fjällen (fjällraven is een poolvosje, zo’n witte)). Zeer indrukwekkend om te zien wat voor maakten met primitieven middelen. Ook bijvoorbeeld berkenbastmandjes en manden van boomwortels.

Fjällmuseum

Nu nog even lekker lezen en mijn voetjes omhoog. Ik vermaak me wel 🙂

Lieve groetjes!

Ps. Helaas heb ik maar weinig foto’s om toe te voegen omdat ik deze met mijn fototoestel maak om mijn batterijen van mijn mobiel te sparen, die volgen dus nog.