Vasaloppsleden 2 (Merel)
De Vasaloppsleden zit er helaas weer op.
Na het vorige deel vervolgde ik mijn weg, dit keer week de wandelroute vaker af van de fiets en langlaufroute, hierdoor waren het vaker smalle bergweggetjes en loopplanken over drassig gebied. En drassig was het! Het leek soms bijna moerasachtig. Hierdoor had ik wel prachtige vergezichten.
Het weer werd wat beter, zelfs zo warm met het zonnetje dat het in een t-shirt bijna te warm was. De nachten waren nog steeds koud, ik denk dat het onder de 5 graden afkoelde.
Hoe mijn dagen eruit zagen? Vroeg wakker, ontbijt erin, inpakken en op pad. Uurtje lopen, koffiepauze, uurtje lopen, pauze, uurtje lopen, lunch, uurtje lopen,pauze, uurtje lopen, plekje tent zoeken, kamp opzetten, rusten (schrijven, hout snijden, kaart bestuderen), avondmaal opkoken, bessen zoeken voor het toetje, eten, lezen, slapen. Zo simpel maar heerlijk overzichtelijk 😉
De een na laatste dag kwam ik zowaar mensen tegen! 2×2 hikers op weg naar Mora, de eerste in 90km. Het was toch leuk om even mensen te spreken al was het maar kort.
Plus de laatste dag, ik loop net de laatste steile helling af en zie drie hertjes wegschieten uit een tuin net naast de grote weg. Dus hier hadden ze zich verscholen. Verderop dook er opeens een eland voor me op, ook uit een tuin de weg over het bos in. Loop je continu in de natuur, verstoppen die beesten zich dus in tuinen. Ook gewend aan “fastfood”?
Al vroeg kwam ik bij het eindpunt, of eigenlijk de start. Ik voelde me er een beetje verloren op het grote grasveld en ben maar snel richting Sälen gelopen, nog zo’n zeven kilometer verderop. Hier blijf ik nog een nachtje slapen, even bijslapen en eten, boodschappen doen en uitrusten (in weer zo’n vreemd uitgestorven hotelletje?). Morgen trek ik nog twee nachten het bos in en wandel nog 30 km over de Siljansleden. Daarna ontmoet ik Monique weer in Mora. Het is fijn om na twee weken weer even te kunnen bijpraten.
Liefs, Merel
En wat gebeurt er verder (Monique)
Er valt zoveel te vertellen. Maar wat is voor mij belangrijk om te delen?
Met die vraag in mijn hoofd, speel ik al een paar dagen.
Zijn het de ontmoetingen in Jokkmokk. De wijze lessen die ik uit het Sami museum mee neem? Het verschil in de Zweedse en de Nederlandse cultuur, waarvan ik niet verwacht had dat er zo een groot verschil tussen zit. Mijn eigen vooroordelen. Zo kan ik nog wel een tijdje doorgaan.
Toch maar een boek gaan schrijven?
Wie weet.
Laat ik nog even terug gaan naar mijn afscheid van Juhán en Jasmine in Jokkmokk.
10 dagen bij betrekkelijk vreemde mensen in huis vond ik toch wat lastig worden. Vooral als je dan tegen cultuurverschillen oploopt.
In Zweden is men niet gewend om te zeggen wat je op je hart of lever hebt. Zeker niet tegen vreemde. Voor mij gaf dat een gevoel van moeten schipperen, een beetje op mijn tenen moeten lopen. Wie mij goed kent weet dat mijn karakter nogal meegaand kan zijn, mezelf weg cijfer is mij niet vreemd.
Na een week brak het mij op, het voelde niet meer oké, eigenlijk wilde ik wel weg.
Tja dat moest ik dus gaan vertellen, een lastige situatie als je zolang bij mensen thuis bent, voelt het niet meer als betalende gast.. Gelukkig namen Juhán en Jasmine het goed op en was het geen probleem, ik kreeg het resterende bedrag terug, bovendien had Juhán een geweldig cadeau voor mij op tafel gelegd. Een ring die volgens zijn cultuur je beschermt tijdens het reizen. Dat gaf mij de gelegenheid om een verdere reis te plannen. In het Sami museum had ik veel gelezen en gezien over de mijnen in Kiruna.
Echt hoog in Zweden dus bus en trein naar een hostel.
Het was even zoeken naar het hostel omdat het hele dorp verplaatst gaat worden naar zo’n 2.5 km verder op. Het treinstation was inmiddels al verplaatst, dit doen ze omdat er nog heel veel steenkool onder het dorp ligt. Het zwarte goud.
De Sami hebben hier al vanaf 1900 moeite mee en protesteren, zoals jullie al hebben kunnen lezen in de vorige blog, hier al jaren tegen.
Het is het land waar hun kuddes al eeuwen grazen. Zij zien dit dan ook als hun grond, een politiek ingewikkelde kwestie.
Ik moet zeggen dat ik ook niet blij werd van de kaalslag. Ook de plaats zelf was net een verlaten uitgestorven cowboystad.
Toch komen hier veel toeristen. Het is de voorstad voor de bekende Kungsleden. Een route door de bergen die erg geliefd is.
In het hostel, waar dan ook diverse Nederlandse, vooral jonge, mannen die zich opmaakte voor hun tocht, vond ik ook een plekje. Bij het ontbijt was het leuk om de verhalen te horen en te zien hoe ze tips en spullen delen.
Al met al toch ook weer twee extra enerverende dagen. Eigenlijk ben ik wel een beetje toe aan rust. Zal mij dat gaan lukken?
Ik laat het jullie weten, lieve groet Monique