Zweden 23

S:t Olavsleden deel 4

De rode mieren sliepen gelukkig nog toen ik mijn tent uit kroop. Die beestjes zijn echt overal. Eerst een opfrisbeurt bij het meertje, ik ben echt zo blij met mijn washandje, gemaakt van een stukje oude outdoorhanddoek. 

Bij het eerste kerkje gezocht naar een stempelkastje maar na een rondje om vond ik het wel mooi geweest. Wel een bankje om mijn sokken te wisselen. Dit doe ik om de twee uur en helpt enorm tegen blaren. 

Een bosweg bracht mij bij Nålden waar ik boodschappen kon doen. Daarna wees een man me de weg omdat ik even van de route was afgedwaald. Na een half uur kwam ik hem weer tegen want hij woonde aan het bruggetje waar ik overheen moest. 

Meteen daarna weer een ontmoeting met een man. Hij was hier omdat zijn dochter elk moment kon bevallen en ze op de andere kleine moesten passen. Zijn dagelijkse wandeling had hem al veel gesprekken opgeleverd. Het was een fijn gesprek en het doet me goed om zo mensen te ontmoeten. Misschien ook wel omdat ik daardoor steeds een bevestiging krijg dat ik prima contact kan maken. 

Later kwam ik toen ik in de hitte, water stond te filteren een Zweedse fietsster tegen. Ook zij had het behoorlijk zwaar met de warmte. Daarna ben ik in de schaduw in mijn binnentent gaan liggen tegen de muggen en heb zo bijna twee uur lekker liggen lezen. Zo’n pauze zonder kriebelige beestjes is dan toch erg fijn.

Na nog een uurtje vond ik het wel welletjes, vooral omdat ik op een weiland stuitte waar enorme koeien liepen. Ik moest via een trappetje er dwars doorheen dus ben demonstratief voor het hek gaan staan, dat is voor morgen. 

Wachten tot de koeien weg zijn

En dat was een goed idee want de volgende ochtend waren ze weg. Ze zijn nogal nieuwsgierig en komen graag even kijken. Het weiland was zowel wei als bos en denk ik wel een halve kilometer lang. 

Nadat ik een aardige klim had gemaakt langs een mega manege, kwam ik een bankje tegen met een bordje waarop de bergen namen stonden die vanaf dat punt te zien waren. In de verte kon ik ook het gebied zien waar ik vorig jaar liep. 

Via een pad omlaag stuitte ik op een klein watervalletje waar ik snel even wat water kon pakken. Snel in de zon van muggen ontwijken. Wat die nou zo interessant aan mijn tas vinden weet ik niet maar het is knap irritant. Soms kijk ik tijdens het lopen over mijn schouder en zie ik een heel volk achter me vliegen. 

Ik was een uur te vroeg bij een winkeltje dus even lekker kunnen lezen, daar knapt een mens van op. Boven op de volgende berg lag een oudere man te luieren naast zijn huis. Hij riep meteen “vänta, vänta” (wacht) dus ik had nog een stop. Hij had een gastenboek en een hele stapel papieren en foto’s. Daar zaten we op een bankje in de warme zon en vertelde hij dat hij uit Finland kwam en aan de kampioenschappen sauna gedaan had, 110°c voor 12 minuten. En ik maar denken dat ik het heet had. Het was een 84 oude man met inspirerende verhalen waar hij zich aan vast leek te houden. Maar na een half uur begon ik het toch echt te heet te krijgen en schreef ik nog wat in zijn boek. Heerlijk.

Op de weg terug gekomen zat mijn dopje van mijn wandelstok die ik gebruik bij de hard weg aan het asfalt vast gesmolten, ja zo heet is het dus 😉 het zijn de voegstroken waarmee ze de gaten hebben gevuld, op de fiets hadden we er ook last van.

Ik heb mijn eerste dazenbeet nu ook, en jawel, door mijn shirt midden op mijn rug. Voordeel is dat ik nu niet kan krabben. De knutjes zijn er trouwens ook de laatste dagen bij gekomen. Na een oversteek over een riviertje vond ik verderop een plekje voor de tent. Mijn chocoladereep had de vorm van een banaan gekregen en ik lag in mijn eigen sauna bij te komen. 

Slapen aam de rivier

De volgende ochtend begon ik wat slaapdronken aan de wandeling. Na een uur had ik echt al een pauze nodig want er zat gewoon geen energie in mijn benen. Na een grote kop thee en een tweede ontbijt ging het al een stuk beter en een bosweggetje leidde mij langs het water. 

Ik moet naar de meeste rechtste berg

In de verte zag ik nu de Rendierberg en Åreberg waartussen Åre zou moeten liggen. De besneeuwde toppen kwamen steeds een stukje dichterbij. Ik bedacht me ook dat het logisch is dat het de laatste dagen (ondanks de warmte) wat moeizamer gaat omdat het toch meer klimmen dan dalen is. 

Voor een outdoor outlet koffie tot de winkel open hing. Nu ik er bijna ben is nog een setje kleding wel fijn. En als je dan toch moet shoppen, is dat fijn om hier te mogen doen. Na een korte broek en hemdje gevonden te hebben, vervolgde ik mijn tocht voor voedsel. 

Shoppen

Ik schrik me elke keer een hoedje wanneer er nogal grijze zwarte lompe merel achtige vogels uit het gras schieten langs de weg. Het zijn jonkies en op een gegeven moment stond er eentje op de weg te tweeten. Hij had een erg kort staartje en nadat ik hem passeerde kwam hij me nog even achterna. Hij hopte alleen snel het gras weer in toen ik bukte.

Het was drukkend warm en er zou regen komen. En die kwam er. Ik had net het hele regenpak aan toen het losbarste. Gelukkig kon ik schuilen bij Hållandsgården (gården is tuin en de å spreek je uit als een o dus heel toepasselijk deze bui). Er was een hele grote groep kids die blijkbaar een soort kamp hadden vanuit de kerk. Alle spellen moesten gewoon doorgaan ondanks de bui en het was erg vermakelijk om te zien van onder het afdakje. 

Ik kwam weer langs de rivier te lopen die waarschijnlijk ook door de heftige bui behoorlijk machtig was. Er volgde ook een stroomversnelling en eindigde bij een waterval. Zo eentje waarbij je kriebels in je maag krijgt door de kracht. Het regenpak kon weer uit en bij het cafeetje van een camping kon ik even bijkomen. De eigenaars waren Nederlanders. 

Na een lang en warm stuk, vond ik een plekje. Het laatste nachtje in mijn vertrouwde tentje. Hij was nu meer geel dan groen maar hij doet nog steeds wat hij moet doen. 

De laatste wandeldag kan ik het rustig aan doen. Rustig afbreken en nog even genieten van de natuur. Hier zijn meer wandelpaden omdat deze denk ik samen gaan met de sneeuwscooter wegen in de winter. 

Op een bankje kon ik met een mooi uitzicht nog een kop koffie drinken. En soms lijkt het alsof ik vaak koffie drink, maar dit is voor mij een rustmomentje, een onderbreking van het wandelen. Misschien dat ik het daarom wel zoveel benoem. 

Hij komt al dichterbij

Terug bij het water kreeg ik een compliment van een man dat ik goed Zweeds sprak. Dat was leuk om te horen. Hij had in Canada gewoond dus zijn Engels zou vast goed genoeg zijn maar we bleven lekker in het Zweeds praten. Dat ik hier maar even een grabbe aan de haak moest slaan. 

Verderop was een tunneltje onder het spoor door en daar stond een shelter met banken. En belangrijker, het stond aan het water. Eindelijk kon ik het water in, mijn haren en kleding wassen en met een fris gevoel richting Åre. Dat gevoel was helaas na de volgende klim verdwenen maar het was zeker even fijn. 

Helemaal schoon en blij

En met die klim schoot er iets niet goed in mijn voet. Ik had net die ochtend bedacht hoe blij ik was dat mijn voeten het zo goed hadden gedaan. Helaas, het was dezelfde blessure als tijdens de camino maar nu mijn andere fout. Misschien is het ook wel een soort onderliggende spanning voor de terugreis. Dan zijn de laatste 3 kilometers nog erg lang. Hopelijk heb ik er niet te lang op door gelopen en kan het snel herstellen. 

In Åre heel lekker gegeten, boodschappen gedaan en nu zit ik aan een strandje met uitkijk op de witte toppen. Pas vanavond gaat mijn trein, eerst naar Sundsvall en dan als nachttrein door naar Stockholm waar ik om 6 uur aankom. En dan, dan zie ik Monique! Even Stockholm en omgeving verkennen en heerlijk bijpraten. Ik ben nu precies een maand op pad en het is best snel gegaan.

Aan het strand

Voor de mensen die van cijfers houden:

28 wandeldagen

640 kilometer

79 km Arnäsleden

95 km Världsarvsleden

123 km Höga kustenleden

343 km St Olavsleden (13 dagen) tot Åre

31,5 km langste afstand.

12 tot 15 kilo bagage (afhankelijk van de afstand van een winkel). 

Groetjes vanuit het warme Åre en tot snel!

Bij een van de vele stempelkastjes
Zweden 23

S:t Olavsleden deel 3

Na een pittige ochtend klim moest ik afdalen in een dak. Klinkt wat vreemd, dat was het ook wel. Een enorm gebouw waar een steil trappetje zo door het dak omlaag liep. Het was het complex van Mid Sweden 365 waar ze de langste skitunnel in een berg hebben. Het was nog uitgestorven dus een leuke plek om even te ontbijten.

Er volgde een zeven kilometer lang bospaadje langs een meer wat enig klimwerk vergde. Hierbij ook als extra uitdaging de muggen en de vele spinnenwebben, en dat terwijl je net de pijpen van je broek hebt afgeritst en je niet meer kan stilstaan om ze er weer op te doen. Kriebel dus. Des te lekkerder smaakte de koffie daarna op een rots het water in waar net effe meer wind stond.

Pelgrimstad was het volgende plaatsje met een grote rustplaats naar een bron voor ‘alle’ pelgrims. Het leek eerder een uitgestorven cowboystadje dus een ijsje zat er niet in. En dat was nou net wat ik wel kon gebruiken. De warmte had me flink te pakken. Op het stuk wat volgde was het ook nog lastig om water te pakken, waarom moeten al die huizen hier toch aan het water staan?

Op een bruggetje waar wat wind stond, toch even een grote kop thee kunnen drinken om daarna op zoek te gaan naar een tent plekje. Dat was nog niet zo makkelijk en na nog 3 kilometer heb ik hem maar ergens achter een vervallen schuurtje in een muggenbos gezet. Ik in de klamboe tent, zij erbuiten natuurlijk.

Klamboe tent

En zo snel de tent stond, zo snel haalde ik hem de volgende dag omlaag. Alles gaat net wat sneller met muggen 😉

Je hebt hier aardig wat verschillende soorten gravelwegen maar één ding weet ik wel, zolang het niet vast ligt loopt het beroert. Alsof je op zand loopt maar dan hard onder de voeten, in ieder geval is het lastig om vooruit te komen. En dan zie je ze er nog op hardlopen ook.

Na Brunflo zag ik daar opeens de besneeuwde bergen liggen in de verte! Vanaf daar tot aan de grens ligt het berggebied waar ik vorig jaar doorheen ben gelopen, de echte bergen. Ik weet nog niet precies hoe deze route er doorheen gaat, maar ik ga gewoon lekker verder. Ik loop alleen met de kaart met route waar ik de supermarkten heb ingetekend dus alles is steeds een verrassing. Stiekem vind ik dat wel leuk in plaats van alles van tevoren al te weten.

Pad naar Östersund

Er volgt een lange weg tussen het spoor en het meer richting Östersund, dat loopt wel lekker rustig. De trein komt maar één maal in het uur ofzo dus dat is goed te doen. De frisse wind vanaf het water is precies goed. Na een omleiding kom ik in het centrum en plof ik bij de eerste pizzeria neer. Even landen in deze chaos.

Ik heb voor de nacht een bed geboekt op een slaapzaal van een hostel. Daar kan ik gelukkig alvast mijn tas kwijt zodat ik naar het museum Jamtli kan. Een stukje geschiedenis, cultuur en kunst. Mooi om te zien maar te veel om te lezen (Zweeds). Het eerste schilderij dat ik tegenkom is van een Nederlander, het zal eens niet.

Jamtli museum

Terug nog even boodschappen gedaan en me teruggetrokken in het hostel. Een heel (Zweeds) gesprek met een dame uit Skåne die daar op vakantie is en lekker rondreist. Verder lagen er uiteindelijk twee jonge mannen op de kamer waarvan er eentje lekker lag te snurken…voor hem dan. Dat helpt niet bij uitslapen.

En dan denk je vroeg te zijn maar er liep al heel wat volk rond in het hostel. Veel mannen in werkkleding die daar verblijven. Na een ontbijtje door de stad en over de brug heen. Bij de Coop even wat fruit gehaald, kom ik de winkel uit, hangt mijn ondergoed nog lekker aan mijn tas te wapperen. Je wordt ook steeds makkelijker, ach ja, het is net gewassen.

Aan de overkant van het water ligt Frösön waar de bakker al open was. Even nog van het gladde meer genieten met Östersund erachter. Dit is het meer waar het Zweedse monster van Loch Ness zich moet bevinden.

Östersund

Ik bevind me nu op een groot eiland dat het vliegveld bevat. Één lange rechte weg met auto’s, af en toe een legervoertuig, langlaufers met wieltjes (geen idee hoe dit heet, net als schaatsen skeelers worden), vliegtuigen (1 per uur) en warmte..klinkt niet echt fijn hè? Toch heb ik enorm lopen genieten van het uitzicht. De besneeuwde bergen kwamen nog een stukje dichterbij en het meer ervoor bevatte vele eilandjes.

Bij het kerkje met een mooie houten klokkentoren was ook een wc en rastrum (letterlijk een rustruimte) voor pelgrims. Waterkoker, oploskoffie, koekje, wat een verrassende verwelkoming.

Aan de andere kant van het eiland kom ik op een klein stukje zwart strand. Ik kan het met mooie woorden vertellen maar ik heb er toch maar een foto van gemaakt. Daar zat ik noodles te eten in bikini aan een groot meer met uitzicht op de besneeuwde bergtoppen. Bijna surrealistisch.

Uitzicht lunch met links de bergen en rechts de brug
Uitzicht lunch met links de bergen en rechts de brug

Na een smalle twee baans brug met veel verkeer bij het volgende kerkje weer pauze en water bijvullen. Het is nog steeds behoorlijk warm ondanks het frisse briesje. Ik probeerde een man te vragen of ik bij het volgende meertje kon komen maar daar was volgens hem alleen maar bos. Nou na een paar lange kilometers sta ik hier perfect met de wind erbij aan een meer. Heerlijk even bijkomen. Veel liefs
Merel

Uitzicht vanaf de tent

Lees hier deel 3 van de St Olavsleden.

Zweden 23

S:t Olavsleden deel 2

De E14

Op de vroege ochtend probeert bij de zoveelste spoorwegovergang, een vosje achter mij langs te sluipen, helaas, betrapt. Snel neemt hij weer de benen.

Verderop kom ik langs een houtzagerij. Enorme apparaten, een heftruck die minstens 20 stammen verplaatst en een herrie. In het boek ‘De dochter van de houtzager’ lees je hoe dit rond 1900 ging in dit gebied. Enorme verschillen.

Een man die de post haalt, spreekt me aan in het Engels. Ja, hij kent Nederland wel. Met vrienden die ook in Zweden zijn komen jagen, is hij ook in ons land geweest. Op de Höge Veluw. Dat was toch wel iets anders jagen ja.

Bij een kapel tref ik een Zweedse pelgrim liggend op de picnic bank. Hij doet het allemaal lekker ‘lungt’. Toch tref ik hem bij het tankstation weer aan waar we inkopen moeten doen voor twee dagen. Ook op facebook zie ik later een comment verschijnen, zo leuk.

Weer een stempel gekregen bij het Naturum, netjes in het Zweeds gevraagd. Ook bij het woord ‘källa’ spring ik meteen de greppel in, een bron. Dat water gaat er nu wel in want net als in Nederland begint het hier aardig warm te worden.

Vandaag ook een stuk bos, fijn maar wel meer doorlopen. Achtervolgd worden door mijn lieve muggenvriendjes is iets minder. Ik tref een Nederlands echtpaar, soms duurt het toch wel een aantal zinnen voordat je doorhebt dat het Engels overbodig is. Ze zijn erg verbaasd over mijn rugzak inhoud. Ja. Het past er allemaal prima in.

Bij een zandafgraving plek vind ik een plekje voor mijn tent. Een beetje verscholen maar er is wind, zon en zand. De beste anti-muggen combinatie!

Bij de zandafgraving



De volgende dag passeer ik de provinciegrens. Weer een stempel rijker. Nu moet ik zeggen dat de volgende provincie van mij wel iets meer bankjes neer mag zetten, opvallend dat ze opeens ontbreken. En misschien komt dit omdat het best een pittig stuk is.

Ik heb veel vlinders gezien, maar de laatste dagen zijn ze er in alle kleuren en maten. Heerlijk al dat gefladder.

Achter me hoor ik een fiets. Harry de Belgische wereldfietser stapt af. Op zijn oranje elektrische Santos fiets maakt hij even een rondje Zweden, Denemarken en weer naar huis. Flink bepakt volgt hij nu het Sint Olavspad tot aan Trondheim.

De laatste drie kilometer naar Bräcke duren lang. Het is heet, ik loop op asfalt en ik heb honger. Toch wordt ik door een langsrijdende pastoor welkom geheten in het plaatsje en is het inderdaad jammer dat er geen stempel meer is. Hij wordt steeds gejat. Dan is het eindelijk tijd voor pizza, ijs en bananen! Dat is het grote voordeel van dit soort reizen, je moet blijven eten.

Verderop vind ik een prachtig plekje aan het water. Na er eventjes te hebben gezeten, krijg ik bezoek van een motor die enorme herrie maakt. Hij vertrekt, maar ik blijf hem horen. Het mooie plekje voelt opeens minder oke. Misschien vreemd maar voor mij staat voorop dat een plek veilig moet voelen. Anders slaap ik niet en blijf ik alert. Nog een kilometer verder vindt ik een fijnere plek op een verlaten weggetje. Hier hoef ik alleen de dieren demoontjes buiten te sluiten. Vogels kunnen namelijk een behoorlijke herrie maken, beren en elanden nadoen en als hertjes door de bosjes vliegen. Oh en ik heb geleerd: open nooit een flesje met koolzuurhoudende drank in je tent 🤣 dat krijg je als je het normaal nooit drinkt.

Mooie plekjes
Mooie plekjes voelen soms niet zo fijn



De zondagochtend begint echt super stil. Mijn ochtend. Met de prachtige weilanden vol met paardenbloemen. Vogels die hun lied zingen. De Zweden die voor hun huis aan het ontbijt zitten. De wind die precies goed is en een heerlijke temperatuur. Alles is precies goed. Toch merk ik steeds vaker dat het ook maar is hoe je het bekijkt. Ik heb nu zoveel verschillende weersomstandigheden gehad in verschillende gebieden en aan alles zitten voor- en nadelen. Zelfs de muggen hebben voordelen, je voelt geen pijntjes meer en je gaat er sneller door lopen. Ik bedoel te zeggen dat het of nooit goed is of het gewoon is zoals het is en dat dat ook prima is.

Deze ochtend schoot voorbij. Waar ik dacht dat ik nog 20 kilometer te gaan had, bleek het opeens nog maar 10. Na een aardige boswandeling stond ik om 11 uur al op de camping. Begin ik netjes in het Zweeds met de vraag of ik alvast mijn tent op mag zetten, zijn de eigenaars Belgen. Weer geen Zweeds. Een dagje rust. Was doen, douchen, shoppen en een dip in het meer waar ik aan sta. Nog een week te gaan en ik ben nog lang niet uit gelopen.



Liefs
Merel

Gammel brug naar Gällö
Camping Viking aan het meer

Lees hier deel 3 van de St Olavsleden.

Zweden 23

S:t Olavsleden deel 1

De afgelopen drie dagen heb ik meer Zweeds gepraat dan de twee weken ervoor. Of in ieder geval: svengelska. Zo noemen ze de combinatie Zweeds en Engels (svenska + engelska). 

Bordje in Sundsvall van st. Olavsleden
Bordje in Sundsvall van st. Olavsleden

De eerste dag kan ik de rivier volgen tot aan Selången. Een rustig weggetje wat je zo de stad uit leidt. Hier zijn de lupines al bijna volledig in bloei, het kleurt de bermen paars en roze. Bij de vogeluitkijk hoop ik de visarend te zien maar mag ik een dalende helikopter bewonderen. Bij de ruïne van het kerkje waar St. Olav aan zijn veroveringstocht begon, staat het pelgrimscentrum. Het was al 9 uur geweest maar ik zie niemand. Het is de Zweedse Nationale Dag maar ik heb niet gelezen dat hij later open zou gaan. 

Ik ontmoet Vic. Een man uit Engeland met ook al aardig wat wandeltochten ervaring. Hij zal deze tocht tot aan Trondheim lopen. Om kwart voor 10 komt er toch een meneer. Ik kan de kaarten kopen van de route (het boekje zelf vond ik toch echt te zwaar). Ook krijg ik er een extra grote bak koffie bij en ik mag op de foto. Dit doen ze met alle vertrekkende pelgrims. 

Start on Selången
Bij het Pelgrimscentrum

De tocht begint met vrij veel asfalt en gravel. Dat zal helaas zo blijven maar stiekem vind ik het ook wel even rustgevend. Het vergt toch veel concentratie als je bij elke pas moet letten op waar je stapt. 

Bij Gisselåsen komt Vic net een huisje uit wat vol met vlaggetjes hangt en pelgrim-welkom bordjes heeft. Tommy woont daar met zijn vrouw en houdt alle statistieken bij. Zelf word ik pelgrim nummer 71 van dit jaar. Ook hier mag ik op de foto met de Nederlandse vlag. Deze wordt gezien de cijfers vaak gebruikt, we staan op de tweede plaats. Hij heeft al 51 vlaggen gespaard. Ik krijg een bak koffie, toast en wat tips en tricks. Enorm lief! 

In de middag meer regen en mug. Het is allemaal oké. Bij de winkel in Matfors kom ik de Duitse man weer tegen die ik ook in het pelgrimscentrum zag. Zo kom je nu al bekende mensen tegen. Na de late lunch vind ik een paar kilometer na het plaatsje een plekje voor mijn tent. Een goede eerste dag.

De volgende ochtend loop ik verder en al snel passeer ik de schietvereniging. Dat verklaart een hoop. En ik maar denken dat ze die nationale dag aan het vieren waren. De weg blijft de rivier volgen en aan beide zijden wordt ik omringd met bergen. Bekleed met verschillende groene kleuren bomen. 

Bij een badplaats koffie. Een mooie plek om even bij te komen. Bijna de hele dag volg ik dezelfde gravelweg. Halverwege kan ik nog een stempel scoren en ook bij de kerk van Stöde hangt een stempelkastje. Hier ook meteen even boodschappen doen. Lunch aan het water waar een school een sport van outdoor dag heeft. Al snel wordt ik uitgerookt en beladen met kids die emmertjes water moeten halen. Een wedstrijdje vuur maken, kanoën en kompaslezen. 

Na een uur kom ik bij een hemgården (soort gemeenschappelijke tuin / huis van het dorp) waar ook een shelter staat. Ik weet mijn tent er nog net in te wurmen. Wel laat ik helaas een vrouw behoorlijk schrikken die daar even met haar hondje komt kijken. Ik zat iets te verstopt. Ze heeft haar tentje verderop gezet en is aan het proefkamperen met het hondje. 

Verstopte tent
Verstopt in de shelter

De volgende dag volgt toch een stukje bos. Het is nog rustig en ik kan lekker doorlopen. Na 12 km eindelijk koffie met een bulle bij de supermarkt. Ook wordt mijn waterfles gevuld en heb ik geleerd hoe ik dat kan vragen. 

Onderweg kom ik veel ‘pelgrimsbankjes’ tegen, dat is toch wel een luxe. Soms staat er zelfs een wc naast. Bij Fränsta een lunch en stempel en langs het water door naar Vikbron, de langste houten brug in Zweden. Ik ben ze aan het sparen, die bruggen hier. 

Vikbron
Vikbron

Verderop vind ik een shelter en een plek voor mijn tentje. Het is wel net naast een aardige waterversnelling dus hopelijk hoef ik er vannacht niet al te vaak uit. De dagen gaan weer ontzettend hard en ik geniet enorm van de rust. Ondanks dat deze route meer langs de weg gaat, meer auto’s en treinen hoor en ik vaker door dorpjes kom, heeft het ook een bepaalde rust. Ik kan ook makkelijk de dingen loslaten en zie wel wat er op mijn pad komt. Het is en blijft altijd een verrassing wanneer je een bocht om gaat of een heuvel over bent. 

Tent bij water
Bij het water

Liefs Merel

Lees hier deel 2 van de St Olavsleden.